Plaatselijke regeling 2022

Plaatselijke regeling ten behoeve van het leven en werken van de Hervormde Kapelgemeente te Drachten.

Inhoud 

                         Voorwoord en Inleiding

1                      Samenstelling kerkenraad  

2                      Verkiezing 

2.1                  van ambtsdragers algemeen 

2.2                  van ouderlingen en diakenen 

2.3                  van predikanten

3                      Werkwijze kerkenraad 

4                      Besluitvorming 

5                      De kerkdiensten 

6                      De vermogensrechtelijke aangelegenheden 

6.1                  kerk-rentmeesterlijke

6.2                  diaconale

6.3                  begrotingen, jaarrekeningen, collecterooster 

7                      Vaststelling en wijziging van de plaatselijke regeling 

                         Ondertekening

De plaatselijke regeling 2022 tot 2026 van de Hervormde Kapelgemeente te Drachten is – samen met het Beleidsplan 2022 – 2026 – vastgesteld tijdens de kerkenraadsvergadering van 4 oktober 2022.

Voorwoord

Dit document is geen beleidsplan of een compleet visiedocument. Het is een uiteenzetting hoe we in onze plaatselijk gemeentezaken geregeld en met elkaar afgesproken hebben. En dat ten behoeve en ten dienste van het leven en werken van en in de gemeente die onderdeel is van de wereldwijde Kerk van Christus. 

De kerkordewijzigingen van 2017 en 2018 (in het kader van Kerk 2025) én ontwikkelingen binnen onze eigen gemeente maakten het noodzakelijk om de bestaande plaatselijke regeling bij de tijd te brengen. De veranderingen betreffen niet zozeer de inhoudelijke standpunten, maar meer de praktische regelingen van het leven en het werken van onze gemeente. 

De kerkenraad beseft zich dat er bij het leiding geven aan de gemeente steeds weer een spanningsveld aanwezig is tussen het vasthouden aan tradities en de transitie waar ook in de kerk niet aan te ontkomen is. Gelukkig behoeven beiden niet tegenover elkaar te staan en maatgevend te zijn; en mogen we vooral zoeken naar wat Gods Woord ons aanreikt en de Geest van God in het midden van de gemeente teweeg wil brengen. Ongeacht welke etiketten er op ons als gemeente geplakt kunnen worden willen we in gehoorzaamheid aan God en Zijn Woord gemeente van Jezus Christus zijn; anders zouden we de naam christelijke gemeente niet waard zijn. 

Drachten, 4 Oktober 2022

Namens de kerkenraad van de Hervormde Kapelgemeente te Drachten

Ds. F. Pierik, preses

D. van de Weerd, Scriba

Inleiding

De Hervormde Kapelgemeente te Drachten (hierna te noemen: ‘de gemeente’) bestaat als plaatselijke Hervormde gemeente binnen de Protestantse Kerk in Nederland. 

Als gemeente belijden wij Jezus als de gekruisigde Christus en de opgestane Heere. In de verkondiging uit de Heilige schrift, het Woord van God wijzen we op het verzoenend werk van Jezus Christus als antwoord op de zonden. Daarnaast worden ons Gods geboden en richtlijnen voor het dagelijks leven voorgehouden en voorgeleefd. De gemeente verklaart zich gebonden aan de Heilige Schrift en weet zich daarnaast verbonden aan het gereformeerde belijden. 

In de beide sacramenten, te weten de viering van het heilig avondmaal en de bediening van de heilige doop belijdt en ervaart de gemeente de gemeenschap met Christus en met elkaar. In de erkenning dat het God Zelf is die aan Zijn verbond trouw blijft en niet loslaat wat Hij Zelf is begonnen.

De gemeente belijdt het algemeen ongetwijfeld christelijk geloof, zoals neergelegd in de drie algemene belijdenisgeschriften van de kerk, namelijk de Apostolische Geloofsbelijdenis, de geloofsbelijdenis van Nicea en de geloofsbelijdenis van Athanasius. De gemeente wil trouw zijn aan de belijdenis van het voorgeslacht en weet zich verbonden met de wereldwijde kerk waarvan Jezus Christus het hoofd is. Zij weet zich ook verbonden met de drie bijzondere belijdenisgeschriften van de kerk, de drie Formulieren van Enigheid, namelijk de Heidelbergse Catechismus, de Nederlandse Geloofsbelijdenis en de Dordtse Leerregels. Voor en boven alles blijft daarom het Woord van God leidraad. We beseffen dat ieder belijdenisgeschrift voortkomt uit een eigen, veelal tijdgebonden cultuur en dat bepaalde vraagstukken van weleer inmiddels minder relevant zijn en nieuwe vraagstukken die de huidige tijd met zich meebrengt nadere aandacht en bestudering vragen. 

Bovengenoemde grondslag van onze gemeente kan niet zomaar worden gewijzigd door besluiten van meerdere ambtelijke vergaderingen van de kerk of de overheid. De kerkenraad en de gemeente hebben deze grondslag en enkele concretiseringen daarvan verwoord en geven daarmee aan waarop zij de synode van de landelijke kerk zo nodig aan zullen spreken en waarop zij zelf aangesproken mogen worden. 

Vanuit dankbaarheid dat God Zelf een kerk geplant heeft in Nederland willen we gehoor geven aan de opdracht die Jezus Christus zelf heeft gegeven (o.a. In Mattheüs 28) en ons Nederlandse volk ook als kerk dienen vanuit het heilig Evangelie van Gods genade. We hopen en bidden dat de goede werken die door God zelf zijn voorbereid (Efeze 2:10) als vrucht van de Geest tot zegen van land en volk mag zijn. 

  1. Samenstelling van de kerkenraad

De kerkenraad bestaat uit 9 ambtsdragers. De kerkenraad heeft een aantal ambtsdragers een bepaalde taak toevertrouwd en deze op grond daarvan van een deel van de in Ord. 3-9, 3-10 of 3-11 genoemde taken vrijgesteld.

 Minimum (ord. 4-6-3)Werkelijk
Predikant11
Ouderlingen23
Ouderlingen-kerkrentmeester22
Diakenen33

Bovenstaand schema geeft de verschillende ambten binnen de kerkenraad weer. Bij dit schema hoort de notie dat er geen voorkeur is om een voorzitter en scriba met een bepaald ambt te kiezen. De voorzitter en de scriba van de kerkenraad kunnen daardoor vrijgesteld worden van bepaalde taken die horen bij zowel het ambt van ouderling, ouderling-kerkrentmeester.

De gemeente komt, in verband met haar aantal leden, in aanmerking om een aanvraag in te dienen bij de classis om het aantal ambtsdragers te verminderen. (ord. 4-6-4)

  1. Moderamen

De kerkenraad heeft onder behoud van zijn verantwoordelijkheid een deel van zijn taken toevertrouwd aan het Moderamen, die bestaat uit de volgende leden:

Predikant1
Ouderling1
Ouderling kerkrentmeester1
Diaken1
Scriba1

2.1. Verkiezing van ambtsdragers

Als kerkenraad en gemeente belijden wij dat tot ambtsdragers van de gemeente – zowel ouderlingen als diakenen – door wettige verkiezing geroepen en bevestigd dienen te worden, belijdende leden van de kerk en vervuld met de Heilige Geest. 

2.1.1 Stemrecht en verkiesbaarheid

De mannelijke belijdende leden die in onze gemeente ingeschreven staan, zijn verkiesbaar tot het ambt van ouderling. Zowel mannen als vrouwelijke belijdende leden zijn verkiesbaar tot het ambt van diaken. Dit betekent dat belijdende leden die elders ingeschreven staan, doopleden of niet gedoopte leden van onze of een andere gemeente niet stemgerechtigd en verkiesbaar zijn.

De verkiezing van ouderlingen en diakenen vindt in principe jaarlijks plaats in de maanden oktober tot en met december. Indien er tussentijds een vacature ontstaat, blijft deze vacature in de regel open totdat bovengenoemde periode aanbreekt. De kerkenraad kan incidenteel besluiten, afhankelijk van de vacature en diens omvang, om tussentijdse ambtsdragers verkiezingen beleggen.

2.1.2 uitnodiging voor aanbevelingen

De uitnodiging tot het doen van aanbevelingen wordt tenminste twee weken voordat de kerkenraadsvergadering plaats. De uitnodiging vindt zowel plaats via de kapelbode, als via de wekelijkse afkondigingen in de kerk.

2.2 verkiezing ouderlingen en diakenen

De werkwijze van de gemeente wijkt niet af van de ordinanties over verkiezingen. 

Als voor dat desbetreffende ambt aanbevelingen zijn binnengekomen die door tien of meer stemgerechtigde leden worden ondersteund en deze persoon door de kerkenraad bevoegd geacht wordt voor het specifieke ambt, zal overgegaan worden tot benoeming.

Wanneer er geen aanbevelingen worden ingediend gaat de kerkenraad over tot benoemingen (ord.3-6-3)

2.3 Verkiezing predikant

Deze vindt in onze gemeente plaats overeenkomstig Ord. 3-4-7 van de kerkorde. Dit houdt in dat – met medewerking en goedvinden van het Breed Moderamen van de classicale vergadering – de verkiezing van de predikant geschiedt door de kerkenraad. De kerkenraad zal bij een vacature daarvoor een gemotiveerd verzoek indienen bij het Breed Moderamen van de classis. De gemeente wordt daarover geïnformeerd.

  • Werkwijze kerkenraad

3.1 Aantal vergaderingen

De kerkenraad vergadert minimaal zesmaal per jaar.

3.2 Bijeenroepen van de vergadering

De vergaderingen van de kerkenraad worden tenminste vier dagen van tevoren bijeengeroepen door het moderamen, onder vermelding van de zaken, die aan de orde zullen komen (de agenda).

3.3 Verslaggeving

Van de vergaderingen wordt een schriftelijk verslag opgesteld, dat in de eerstvolgende vergadering door de kerkenraad wordt vastgesteld.

3.4. Verkiezing moderamen

Op de eerste vergadering van het jaar wordt het moderamen vastgesteld. (ord 4-8-2)

Het Moderamen heeft een voorbereidende functie, door het uitwerken van voorstellen richting de kerkenraadsvergaderingen. De daadwerkelijke besluiten worden genomen binnen de vergaderingen van de algemene kerkenraadsvergadering. Het doel van deze werkwijze is om zorgvuldig en daadkrachtig leiding te kunnen geven aan de gemeente.

3.5 Jaargesprek

Het jaargesprek met de predikant worden jaarlijks gehouden door minimaal 2 leden van de kerkenraad in het voorjaar.

3.6 De gemeente kennen in en horen over

In de gevallen dat de kerkorde voorschrijft dat de kerkenraad de gemeente kent in een bepaalde zaak en haar daarover hoort, belegt de kerkenraad een bijeenkomst met de (betreffende) leden van de gemeente, die wordt aangekondigd in het kerkblad, dat voorafgaande aan de bijeenkomst verschijnt en wordt afgekondigd op tenminste twee zondagen, die aan de bijeenkomst voorafgaan. In deze berichtgeving vooraf maakt de kerkenraad kenbaar over welke zaak hij de gemeente wil horen.

3.7 Toelating toehoorders tot de vergaderingen

De vergaderingen van de kerkenraad zijn niet openbaar. De kerkenraad kan echter besluiten dat gemeenteleden en/of andere belangstellenden als toehoorder tot een bepaalde vergadering of tot een deel daarvan toegelaten worden.

3.8 Archiefbeheer

Het lopend archief van de kerkenraad berust bij de scriba, met inachtneming van de verantwoordelijkheid van de het college van kerkrentmeesters voor de archieven van de gemeente uit hoofde van Ord. 11-2-7.

  • Besluitvorming 

Besluitvorming in de kerkenraad, in het college van diakenen en in het college van kerkrentmeesters geschiedt volgens de daarvoor gegeven regels in Ord. 4-5

  • Kerkdiensten
  • Plaats en aantal van de kerkdiensten 

De wekelijkse kerkdiensten van de gemeente worden volgens een door de kerkenraad vastgesteld rooster gehouden in de Kapelkerk te Drachten

5.2 Beantwoording van de doopvragen

Als kerkenraad en gemeente belijden wij dat de heilige doop een instelling is van Jezus Christus. Vanuit onze visie op het verbond kiezen wij in onze gemeente voor de kinderdoop en worden de kleine kinderen van de gemeente als erfgenamen van Gods Rijk gedoopt. Leden die op latere leeftijd tot geloof komen en de doop nog niet ontvangen hebben, worden bij het doen van belijdenis ook gedoopt. 

Bij de bediening van de doop van kinderen wordt de ouders (belijdende leden en doopleden) gevraagd de vragen uit het doopformulier te beantwoorden. Als een van de ouders geen belijdend- of dooplid is, wordt er gebruik gemaakt van aangepaste vragen. Zijn er geen (gelovige) (groot)ouders en is er een minderjarig kind dat betrokken is bij de gemeente (via zondagsschool, clubs etc.) en dat gedoopt wil worden, kan de gemeente het ja-woord geven op de aangepaste doopvragen die gesteld worden.

5.3 Deelname aan het Avondmaal

Als kerkenraad en gemeente belijden wij dat het heilig avondmaal een instelling is van Jezus Christus, die Hij alleen heeft ingesteld voor Zijn gelovigen. In beginsel geldt dat voor hen die in het midden van de gemeente belijdenis van het geloof hebben afgelegd.

Openstelling van het Heilig Avondmaal – als geschreven regel – is niet aan de orde in de Hervormde Kapelgemeente te Drachten. De kerkenraad is van mening op grond van de schrift dat alleen mensen aan het avondmaal deel kunnen nemen die belijden dat Jezus Christus hun Heer en Heiland is. De kerkenraad gaat er dan ook vanuit dat alleen belijdende leden deel kunnen nemen aan het avondmaal.

Gemeenteleden die geen belijdenis hebben gedaan worden verzocht zich van de tafel te onthouden. Dit geld tevens voor de leden die niet blijk geven in hun levenswandel dat zij de Heere dienen. In de week voor het avondmaal worden zij opgeroepen zich te bekeren tot de Heere en hun zondige levenswandel te verlaten.

De kerkelijke censuur op het avondmaal krijgt vorm door het houden van censura morum in de week van voorbereiding. Via de kerkelijke afkondigingen in de week van voorbereiding kan ieder die iets heeft tussen de Heere en zijn hart of tussen gemeenteleden onderling zich wenden tot de kerkenraad.

Gasten die onze gemeente bezoeken op de zondag dat het heilig avondmaal bediend wordt, worden genodigd aan de tafel deel te nemen. Van deze leden wordt verwacht dat zij ook belijdenis hebben afgelegd binnen hun eigen gemeente. De kerkenraad hanteert het principe dat zij zich vooraf melden bij de dienstdoende kerkenraad van die zondag. We vertrouwen erop dat, wanneer gasten mee willen delen aan de tafel, zij zelf verantwoordelijk zijn en zich kunnen verantwoorden voor de Heere wanneer zij deelnemen. We kunnen als kerkenraad hier geen verantwoordelijkheid voor dragen.

5.4 Andere levensverbintenissen – Huwelijk en Gezin

Als kerkenraad en gemeente belijden wij dat het huwelijk tussen man en vrouw een instelling van God is en als zodanig heilig gehouden dient te worden. Alternatieve samenlevingsvormen zullen daarom niet kerkelijk worden ingezegend. De kerkenraad kan en wil mensen met een andere geaardheid (als waardevolle schepselen van God) zeker niet afwijzen en wil daarom graag op een pastorale wijze met hen optrekken en in gesprek blijven.

In onze tijd staan in de breedte van de samenleving huwelijk en gezin onder grote druk. Veel alternatieve samenlevingsvormen worden steeds meer geaccepteerd, veel huwelijken stranden in een scheiding, veel gezinnen leven in gebroken omstandigheden. Ook zien wij de toenemende invloed van de ‘genderideologie’, waarbij geslacht en seksuele voorkeur steeds meer een keuze wordt en de vrijheid en zelfontplooiing van het individu centraal staan en breed geaccepteerd worden. Onze maatschappij is daarmee ver verwijderd van het Bijbelse spreken hierover. 

We krijgen als kerkenraad steeds vaker te maken met situaties waarin een standpunt gevraagd wordt in allerlei ethische en principiële kwesties ten aanzien van huwelijk en gezin. Men kan denken aan vormen van samenwonen, echtscheiding, een tweede huwelijk na echtscheiding, homoseksualiteit, transgenderisme en vele andere situaties die (vaak ook onvoorzien) gevoelig en complex en daarmee ook pastoraat beladen zijn. 

Wij beseffen dat ook de gemeente steeds meer te maken krijgt met de gevolgen van het secularisatieproces. Een duidelijk teken daarvan zijn de zorgen omtrent onze gezinnen: we denken aan ouders die geroepen zijn hun kinderen op te voeden, maar die te maken hebben met complexe vragen in de dagelijkse en geestelijke opvoeding, en daarbij voor zichzelf en hun kinderen veel verlegen- en onduidelijkheden ervaren. 

Dat dit alles hier onder één noemer van ‘Huwelijk en gezin’ behandeld wordt, laat zien dat de kerkenraad deze zaken als één geheel wil beschouwen. Wanneer het gaat om een passend antwoord op deze ontwikkelingen, wil de kerkenraad dat nadrukkelijk als één geheel zien. Ten aanzien van te vormen beleid is het de bedoeling om lange lijnen te trekken van huwelijk naar gezinsvorming, naar het opvoeden van kinderen en naar de zorg voor de (oudere) jeugd, op weg naar nieuwe generaties. 

Dit beleid zal erop gericht moeten zijn dat onder bestaande generaties de urgentie van de situatie onderkend zal gaan worden, en dat er een nieuwe generatie zal opstaan die zich bewust is van zijn (uitzonderlijke) positie als christen in een postmoderne en seculiere maatschappij. 

6 Vermogensrechtelijke aangelegenheden

6.1 Kerk-rentmeesterlijke

6.1.1 Omvang van college van kerkrentmeesters 

Het college van kerkrentmeesters bestaat uit drie personen waarvan tenminste twee in de functie als ouderling-kerkrentmeester. 

6.1.2 Verkiezing van voorzitter, secretaris en penningmeester 

De vergadering van het college van kerkrentmeester kiest uit haar midden een voorzitter (die deel uitmaakt van de kerkenraad) en een penningmeester. 

6.1.3 De financiële administratie 

Het college van kerkrentmeesters wordt bijgestaan door een administrateur die de financiële administratie uitvoert. De administrateur kan op verzoek van het college de vergadering bijwonen en heeft daar een adviserende stem. Op hem is het bepaalde in Ord. 4-2 betreffende de geheimhouding van toepassing. 

6.1.4 De bevoegdheden van de penningmeester 

De penningmeester is gemachtigd door de voorzitter en secretaris betalingen te doen namens de gemeente, met inachtneming van het door de kerkenraad vastgestelde beleidsplan en de begroting. 

Voorzitter en secretaris worden gezien als rekeninghouder van de aanwezige bankrekeningen en geven de penningmeester machtiging via de bank de betalingen uit te voeren (vier-ogenprincipe administrateur/penningmeester). 

Bij afwezigheid of ontstentenis van de penningmeester treedt de voorzitter of secretaris op als diens plaatsvervanger.

6.2 Diaconie

Het college van diakenen bestaat uit drie leden. 

Het college van diakenen wijst uit zijn midden een administrerend diaken aan, die belast wordt met de boekhouding van het college. 

De penningmeester is bevoegd betalingen te doen namens de diaconie, met inachtneming van het door de kerkenraad vastgestelde beleidsplan en de begroting. De penningmeester voert deze taak uit in nauw overleg met de overige diakenen,

De voorzitter en penningmeester of secretaris en penningmeester zijn gezamenlijk bevoegd. Bij afwezigheid of ontstentenis van de penningmeester treedt de voorzitter op als diens plaatsvervanger.

6.3 Begroting, jaarrekeningen, collecterooster

Voor de vaststelling dan wel wijziging van de begroting en voor de vaststelling van de jaarrekening worden deze stukken in samenvatting besproken in de kerkenraad. De jaarrekeningen worden tevens besproken op een gemeente vergadering. De volledige stukken kunnen op deze gemeente door gemeente leden worden ingezien. De leden worden op deze manier de gelegenheid gesteld hun mening kenbaar te maken.

Het collecterooster wordt door de kerkrentmeesters en de diakenen opgesteld.

  • Vaststelling en werkwijzingen plaatselijke regeling

Bij de vaststelling en wijziging van deze plaatselijke regeling wordt gehandeld in overeenstemming met de betreffende artikelen in de kerkorde van de PKN.

Ordinantie 4-8-5 

De kerkenraad maakt een plaatselijke regeling met daarin regelingen ten behoeve van het leven en werken van de gemeente, na overleg met de organen van de gemeente op wie de regeling betrekking heeft. Deze plaatselijke regeling bevat ten minste: 

− De regeling voor de verkiezing van ambtsdragers; 

− De regeling voor de wijze van werken van de kerkenraad; 

− De regeling voor het beheer van de vermogensrechtelijke aangelegenheden van de 

   gemeente; en voor zover van toepassing 

− De regeling van de verdeling van taken tussen algemene kerkenraad en 

    wijkkerkenraad; 

− De regeling van de verdeling van taken tussen de algemene kerkenraad en

    moderamen; 

− De regeling van taken en bevoegdheden van werkgroepen. 

Deze regelingen worden na vaststelling of wijziging ter kennisneming toegezonden aan het breed moderamen van de classicale vergadering.

Ordinantie 4-8-9 

De kerkenraad neemt geen besluiten tot het wijzigen van de gang van zaken in de gemeente ten aanzien van:

− Het toelaten van doopleden tot het avondmaal 

− Het zegenen van andere levensverbintenissen dan een huwelijk van man en vrouw. 

De kerkenraad neemt in ieder geval geen besluiten tot het wijzigen van de gang van zaken in de gemeente ten aanzien van: 

− Het beantwoorden van de doopvragen door doopleden; 

− Het verlenen van stemrecht aan anderen dan belijdende leden; 

− De wijze van de verkiezing van ambtsdragers; 

− De aanduiding en de naam van de gemeente; 

− Het voortbestaan van de gemeente; 

− De plaatselijke regeling als bedoeld in artikel 8-5; 

Zonder de leden van de gemeente daarin gekend en daarover gehoord te hebben.

Drachten 4-10-2022

Ondertekening

Ds. F. Pierik, Preses                                                                                                                  D. van der Weerd, Scriba